Gedragsconvenant SVIB
Gedragsconvenant SVIB
1. Algemene regels
Waardigheid
1.1. De begeleider SVIB moet in uitoefening van zijn (*) specialisme de zorgvuldigheid in acht nemen door te handelen naar de inhoud en de geest van dit gedragsconvenant.
1.2 De begeleider SVIB mag geen misbruik maken van het uit zijn positie voortvloeiende overwicht.
Deskundigheid
1.3. De begeleider SVIB moet de grenzen van zijn deskundigheid kennen en ernaar handelen.
1.4. De begeleider SVIB houdt zijn professionele handelen in stand door zich in een supervisie of intervisie te plaatsen.
Vertrouwelijk
1.5. De begeleider SVIB treedt in een vertrouwensrelatie met de leraar met wie hij werkt. Daarom is de begeleider SVIB verplicht tot geheimhouding over datgene wat hem binnen de vertrouwensrelatie ter kennis komt.
1.6. Daaruit vloeit voort dat anderen geen inzage mogen krijgen in het opnamemateriaal zonder dat de leraar daar toestemming voor heeft gegeven.
1.7. Het feit dat de begeleider SVIB werkt in een intervisie- of supervisieverband, moet aan de leraar bekend worden gemaakt. Materialen in de inter- of supervisie worden ingebracht zijn vertrouwelijk materiaal.
1.8. Opnamemateriaal mag niet voor openbare presentaties worden gebruikt zonder schriftelijke toestemming van degene die prominent (in close-up) in beeld is gebracht.
1.9. Het gebruik van opnamemateriaal mag alleen na schriftelijke toestemming van betrokkenen.
Verantwoording
1.10. Het opnamemateriaal moet in beginsel voor de leraar ter inzage zijn.
1.11. Desgewenst ontvangt de leraar een kopie van de fragmenten die voor de begeleiding zijn gebruikt.
Collegialiteit
1.12. De begeleider SVIB behoort zijn collega's alle hulp en steun te verlenen die hij met zijn deskundigheid en ervaring kan bieden, om hen in staat te stellen tot een professionele uitoefening van het specialisme overeenkomstig deze gedragsconvenant.
2. Verticale relaties
Ouders (**)
2.1. Ouders van de school moeten op de hoogte worden gesteld van het feit dat de SVIB-methode op school wordt gehanteerd en hier middels de schoolgids, de nieuwsbrief of schoolkrant aan herinnerd worden
2.2. Ouders moeten opnames van hun kind kunnen weigeren (door middel van een schriftelijk verzoek)
2.3. Ouders van een individuele leerling die met SVIB wordt begeleid moeten schriftelijk toestemming geven voor begeleiding
2.4. Ouders hebben alleen inzage in beeldmateriaal als de begeleiding zich afspeelt rondom hun kind.
2.5. Ouders van andere leerlingen die op de opname voorkomen hebben niet automatisch recht op inzage in beelden.
2.6. De opnames die aan de ouders worden getoond moeten aan de leraar bekend zijn en bij voorkeur samen met de leraar aan de ouders worden getoond.
2.7. De leraar kan weigeren opnames aan ouders beschikbaar te stellen.
Bevoegd gezag
2.8. De begeleider SVIB die door het bevoegd gezag om een begeleiding wordt gevraagd, verschaft niet automatisch inzage in opnamemateriaal. Daarvoor moet de leraar eerst toestemming geven.
2.9. De begeleider SVIB gaat geen opdracht aan die het karakter hebben van een beoordeling (bijvoorbeeld: een op video vastgelegd functioneringsgesprek of een 'laatste kans' situatie met ontslagdreiging bij mislukking van de begeleiding.)
2.10. De begeleider SVIB die in opdracht van het bevoegd gezag werkt, doet dit zoveel mogelijk in samenspraak en met toestemming van de leraar.
3. Verstrekken van gegevens aan derden
3.1. Dit mag nooit zonder toestemming van betrokkenen.
3.2. De leraar, ouders en leerlingen boven de 12 jaar hebben recht op verwijdering van, of aanvulling op het opnamemateriaal indien men kan aantonen dat dit relevant is gezien de situatie
3.3. De begeleider SVIB mag gegevens aan derden verstrekken ten behoeve van wetenschappelijk onderzoek, publicaties, onderwijsdoeleinden voor zover de persoonlijke levenssfeer van diegenen die zijn gefilmd niet wordt geschaad. Daarbij is vooraf schriftelijke toestemming verleend door diegenen -of wettelijke vertegenwoordigers van hen- die op de opnames voorkomen.
(*) lees ook: haar. (**) lees ook: verzorgers